André en Judith verduurzamen hun huis en gaan van label G naar C

Hoe oud hun huis precies is, weten André Brasser en Judith Spruit eigenlijk niet. De fundamenten stammen volgens André nog uit de middeleeuwen. Het afbrokkelen van de oude marmeren tegels in de gang was het startsein voor een grootscheepse verbouwing in drie bedrijven. Resultaat: van energielabel G naar C.

 

Ze hebben allebei wat met duurzaamheid: zij werkt als professionele verwenkok met lokale seizoensproducten; hij adviseert over de verduurzaming van de gebouwde omgeving. Onder het motto ‘Walk your talk’ togen ze daarom in 2014 naar wat toen nog de Haarlemse Huizenaanpak heette, inmiddels de Stichting Huizenaanpak.

“Dat heeft enorm gescheeld”, vinden ze allebei. “Je krijgt advies op maat van een groep professionals die verstand hebben van jouw type huis. Hier in de omgeving zijn dat vaak oude huizen of monumentenpanden. Een gestructureerde aanpak is daarbij van extra groot belang en je krijgt vooraf inzicht in de kosten.” Dat die bij hun huis aardig op zouden gaan lopen, bleek al snel.

Zonnepanelen en dubbel glas

André: “Je kan in een huis als dit niet zomaar van het gas af. Toen we hier in 2000 kwamen wonen, hadden we alleen de zolder geïsoleerd en dubbel gas geplaatst. De rest van het budget ging naar de inrichting. In de jaren erna hebben we zonnepanelen op het dak gelegd en zijn we gaan participeren in een gemeenschappelijk zonnedak op de Fablohal. Maar om echt in je eigen energiebehoefte te kunnen voorzien, moest er nog heel veel meer gebeuren.”

 

“Onze stookkosten zijn enorm gedaald. We gebruiken ongeveer de helft
minder gas en we wekken de helft van onze stroom zelf op”

 

Vochtspecialist

De lijst ingrepen, tussen 2014 en 2017 in etappes uitgevoerd, is indrukwekkend: eerst kwam de ‘vochtspecialist’ van Stichting Huizenaanpak de binnenmuren isoleren tegen optrekkend vocht. Buitenmuren en het kelderplafond werden geïsoleerd, de keuken en master bedroom werden vrijwel helemaal ‘ingepakt’ tussen voorzetwanden, vloerverwarming en plafonds. Er kwam een zonneboiler op het dak en de voorkamer kreeg een nieuwe vloer en buitenmuur.

De moeite waard

Het prijskaartje? Ook dat weten Judith en André niet precies. “Een deel van de verbouwing was renovatie, dus het is lastig te becijferen wat de verduurzaming gekost heeft. Tienduizenden euro’s in elk geval.” En is dat het allemaal waard? Op die vraag veren ze allebei op. “Absoluut!”

Er volgt wederom een lange lijst, dit keer van de voordelen. “Onze stookkosten zijn enorm gedaald. We gebruiken ongeveer de helft minder gas en we wekken de helft van onze stroom zelf op. Je investeert in de waarde van je eigen huis: waar kun je beter in investeren dan dat? Vooral omdat we nu veel comfortabeler wonen. In deze hoek voelde je voorheen de kou van muur komen.” “En dan stoot je ook nog eens veel minder CO2uit”, vult Judith aan. “Ik noem dat vierdubbel rendement.”

Eerst de ketel op

En natuurlijk, label C is nog geen label A. “Het kan altijd beter. Maar op een gegeven moment is het wel weer even klaar”, vindt Judith. “We hebben een HR++ ketel uit 2010. Die kan nog best een paar jaar mee”, beaamt André. “Als die op is, zou ik wel het liefst van het gas af willen. Dat kán, met een warmtepomp en infraroodpanelen voor de bijverwarming. Maar nu nog even niet.”

Zonnepanelen op het dak zorgen voor een lagere energierekening.

Op het dak aan de achterzijde bevindt zich een zonneboiler.

De binnenmuren zijn geïsoleerd tegen optrekkend vocht.

Lees ook: