Vijf zaken die u moet weten over koken op inductie

Een beetje kok wil een gasvlam onder zijn pannen; dat is nog steeds de heersende opvatting. Maar de nieuwe generatie elektrische fornuizen is in niets te vergelijken met de grauwe elektroplaatjes van vroeger. Behalve dan dat ze allebei op stroom werken. Vijf feiten over inductie.

1. Koken op inductie is drie keer zuiniger dan koken op gas

Allereerst: energiezuiniger is iets anders dan goedkoper. Met de huidige gas- en stroomprijzen ontlopen beide elkaar vooralsnog niet veel, maar dat gaat in de toekomst zeker veranderen, in het voordeel van inductie. Hoe dan ook verbruikt u minder energie. Milieu Centraal heeft gedetailleerde informatie over energiegebruik en CO2-uitstoot op een rij gezet. In dit artikel leest u ook of en welke aanpassingen er in de stroomvoorziening nodig zijn wanneer u wilt overstappen op inductiekoken.

2. Inductie reageert veel sneller dan ‘ouderwets’ elektrisch of keramisch

Inductieverhitting werkt met een magnetisch veld. De ijzerdeeltjes in de bodem van de pan worden aan het trillen gebracht, zodat er hitte ontstaat in de pan zelf. In tegenstelling tot elektrische en keramische kookplaten wordt de kookplaat zelf niet verwarmd. Daardoor reageert inductie heel snel wanneer u ‘het vuur’ hoger of lager wilt zetten: een duidelijk voordeel vergeleken met de eerdere generaties elektrische fornuizen .

3. Inductie is veiliger en makkelijker

In tegenstelling tot gasfornuizen, heeft u bij koken op inductie nooit te maken met open vuur, schadelijke stoffen of vergeten pitten die blijven branden. Inductie geeft ook veel minder hitte af en is heel eenvoudig schoon te houden: een lapje erover en klaar.

4. Je hoeft niet per se een nieuwe pannenset aan te schaffen als u op inductie gaat koken

Als uw pannen van magnetisch materiaal zijn gemaakt, zoals gietijzer en plaatstaal, kunt u gewoon met uw huidige pannenset blijven koken. Alleen aluminium pannen zijn niet geschikt voor inductie. Weet u niet zeker van welk materiaal uw pannen zijn gemaakt, dan is dat eenvoudig te testen door een magneetje bij de pan te houden: blijft dit plakken, dan kan uw pan gerust in het keukenkastje blijven staan nadat u bent overgestapt op inductie. Bent u erg gehecht aan uw koperen pannen of aluminium perculator, dan kun t u een inductieaanpassingsplaatje gebruiken: dat is eigenlijk gewoon een magnetische panbodem.

5. Draaiknoppen zijn fijner dan tiptoetsen

Inductieplaten hebben tiptoetsbediening. Dit heeft als nadeel dat het systeem kan afslaan als u er een pan op zet en nogal eens hapert door vette vingers. Op een inductiefornuis zitten draaiknoppen, waarmee je subtieler kunt schakelen tussen hard en zacht. Hierdoor lijkt inductiekoken het meest op koken op een gasfornuis. Overigens bestaan er inmiddels ook inductieplaten met draaiknoppen en is het soms mogelijk losse knoppenpanelen aan te leggen.